Welkom bij Apotheek Craneveld

Het team van Apotheek Craneveld staat graag voor u klaar!

We vinden het belangrijk dat iedere gebruiker van medicijnen goed begeleid wordt. Met vragen kunt u op verschillende manieren bij ons terecht: via de website, telefonisch en via persoonlijk contact in de apotheek. Voor achtergrondinformatie over bijvoorbeeld medicijnen, de bijwerkingen, aandoeningen kunt u tevens terecht op onze website.

We heten u van harte welkom!

H.W. Coulen, Apotheker.

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

Krentenbaard

Wat is krentenbaard?

Krentenbaard is een ontsteking van de huid.

Op de huid komen wondjes en rode of donkere plekken met blaasjes en korstjes. Meestal is dit rond de neus of mond. Maar je kunt ook op andere plekken krentenbaard hebben.

Kinderen jonger dan 12 jaar hebben er het vaakst last van. Ook volwassenen kunnen het krijgen.

Artsen noemen het impetigo.

Krentenbaard komt door een bacterie. Meestal de stafylokok.

Vaak geeft deze bacterie geen klachten. Maar als je een wondje krijgt, kan de bacterie een ontsteking geven.

Krentenbaard is besmettelijk: je kunt de bacterie van iemand anders hebben gekregen via de handen. Bijvoorbeeld als je kind ook krentenbaard heeft. Je kunt de bacterie zo ook aan andere mensen doorgeven.
De bacterie kan ook verspreiden via spullen. Bijvoorbeeld speelgoed of een handdoek.
Je kunt de bacterie ook krijgen als iemand anders hoest of niest. Dat gebeurt niet vaak.

Je verspreidt de bacterie met je vingers. Zo krijg je ook krentenbaard op andere plekken op je lichaam.

Zijn de wondjes droog of genezen? Dan kun je krentenbaard niet meer aan iemand anders geven.

Soms blijft de bacterie op je lichaam zitten. Een tijdje of altijd. Het vaakst zit de bacterie dan in je neus. Dit geeft meestal geen klachten. Maar je hebt dan wel een grotere kans om weer krentenbaard te krijgen.

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Zo kun je zorgen dat de krentenbaard niet erger wordt. En de kans kleiner maken dat anderen het krijgen:

  • Raak de wondjes niet aan. Krab er dus ook niet aan. De bacterie kan dan niet verspreiden.
  • Was je handen een paar keer per dag met gewone zeep. Droog ze daarna goed af. Andere middelen zoals alcohol of jodium helpen niet beter dan zeep.
  • Knip je nagels kort.
  • Gebruik elke dag een schone handdoek. Gebruik deze handdoek alleen voor jezelf.
  • Laat mensen die bij je in huis wonen ook elke dag een paar keer de handen wassen. Zo kunnen ze ervoor proberen te zorgen dat zij geen krentenbaard krijgen.
  • Maak de dingen die je vaak aanraakt 1 keer per dag schoon met water en zeep. Bijvoorbeeld de trapleuning of de tafel.
  • Maak de wondjes niet nat met een nat verband. De krentenbaard kan daardoor erger worden.
    Heb je veel korsten? Maak die dan nat en haal ze weg. De krentenbaard kan daardoor eerder weggaan.
Besmet geen anderen
  • Je kunt gewoon naar buiten gaan als je krentenbaard hebt. Meestal kun je ook gewoon naar je werk. De kans dat iemand krentenbaard van je krijgt is klein. Was wel goed je handen.
  • Blijf uit de buurt van kinderen en mensen met een slechte afweer of een huidziekte zoals eczeem. Die hebben een grotere kans om krentenbaard te krijgen.
  • Werk je in de zorg of met voedsel, bijvoorbeeld in een restaurant of keuken? Maak dan een afspraak met de bedrijfsarts voordat je aan het werk gaat. Die kan je adviezen geven.

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Bel direct de huisarts of de huisartsen-spoedpost als je krentenbaard hebt en 1 of 2 van deze klachten:

  • Je voelt je ziek.
  • Je hebt koorts.

Maak een afspraak met de huisarts of bij de huisartsen-spoedpost bij 1 of meer van deze dingen:

  • Je denkt dat je krentenbaard hebt.
  • Je gebruikt al 3 dagen pillen of crème tegen krentenbaard, maar het wordt niet beter. Of je krijgt steeds meer plekken of de plekken worden groter.

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Fusidinezuur op de huid
Fusidinezuur is een antibioticum dat verschillende soorten bacteriën doodt. Het belemmert bij de bacteriën de aanmaak van eiwitten. Zonder eiwitten kunnende bacteriën niet verder groeien en sterven af. De infectieverschijnselen zullen hierdoor afnemen.

Tetracycline op de huid
Tetracycline is een antibioticum dat verschillende soorten bacteriën doodt. Het remt de eiwitaanmaak van de bacterie. Een bacterie die geen eiwit kan aanmaken, kan zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. De infectieverschijnselen zullen hierdoor afnemen.

Mupirocine op de huid
Mupirocine is een antibioticum dat bacteriën doodt, met name stafylokokken en streptokokken. Dit zijn bacteriën die vooral op huid en slijmvliezen voorkomen.

Mupirocine belemmert bij de bacteriën de aanmaak van eiwitten. Zonder eiwitten kunnen de bacteriën niet verder groeien en sterven ze af. De infectieverschijnselen zullen hierdoor afnemen.

Mupirocine wordt pas voorgeschreven wanneer andere antibiotica, zoals fusidinezuur of tetracycline niet voldoende hebben geholpen.

Penicilline-antibiotica om in te nemen
Penicilline-antibiotica doden vele soorten bacteriënen en hebben een goede opname in het lichaam. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei waardoor de bacterie afsterft. Een aantal penicilline-antibiotica heeft een specifieke werking tegen bepaalde soorten ziekteverwekkers. Vanwege deze specifieke werking en de goede opname, worden deze middelen ingezet bij infecties van de huid.

Penicilline-antibiotica worden pas voorgeschreven wanneer de infectie te uitgebreid is en een behandeling met een crème of zalf met antibiotica onvoldoende werkt en als het kind ook koorts heeft door de infectie. Voorbeeld is flucloxacilline.